Dit artikel op 't net bevestigt mijn vermoeden:
'Kunnen honden- en kattenuitwerpselen verwerkt worden in de compost?', het is een veelgestelde vraag.
In de officiële lijst van composteerbare materialen wordt een onderscheid gemaakt tussen de mest van planteneters (composteerbaar) en de mest van vleeseters (niet of moeilijk composteerbaar). Dat de uitwerpselen van álle dieren verteerbaar zijn, spreekt voor zich. En er is meer dan één composteerder die de uitwerpselen van zijn hond of kat toevertrouwt aan de composthoop. Geen probleem zolang het zich beperkt tot de mest van het eigen huisdier, zolang we zijn gezondheidstoestand kennen en zolang de composteeromstandigheden optimaal maar zijn. Echt aanraden doen we het evenwel niet.
De uitwerpselen hebben zo hun eigen consistentie, laten zich moeilijk mengen met bruin materiaal en de ervaring leert dat de vertering niet echt optimaal verloopt. Voor de reële kansen op infecties verwijzen we naar het kader.
Wettelijk vallen honden- en kattenuitwerpselen onder 'andere mest' (niet afkomstig van vee) en kunnen ze - ook na compostering - niet gebruikt worden in de landbouw.
Inzamelen op containerparken en via de GFT-ophaling wordt door de OVAM afgeraden om hygiënische redenen. De enige mogelijkheid die daarom momenteel voor de particulier overblijft om zich van dit specifiek materiaal te ontdoen is dus meegeven met het restafval.
Honden- en kattenpoep niet zonder risico's voor de mens. Om meer duidelijkheid te krijgen over de risico's die de uitwerpselen van honden en katten met zich kunnen meebrengen voor de gezondheid van de mens, gingen we ons licht opsteken bij een specialist. We namen contact op met prof. De Rick, hoofd van de vakgroep 'Geneeskunde en klinische biologie van kleine huisdieren' van de faculteit Diergeneeskunde aan de Universiteit van Gent.
Volgens prof. De Rick is alle contact met honden- en kattenuitwerpselen af te raden. Het risico op besmetting is immers zeer reëel. Hij vindt het daarom geen goed idee om ze in de compost te verwerken.
Bij honden zit het gevaar voornamelijk bij de eieren van de ascariswormen die met de stoelgang het lichaam van de hond verlaten en in de bodem terecht komen waar ze een lange overlevingstijd hebben.Wanneer de eieren op één of andere manier in het maag-darmkanaal van de mens terechtkomen, ontwikkelen ze er zich niet tot volwassen worm maar tot een larve. In dat stadium kunnen ze zich over het hele menselijk lichaam verspreiden en in verschillende organen problemen veroorzaken.
Vooral jonge, drachtige en zogende honden scheiden vaak massaal ascariseieren uit. Bij volwassen dieren die geïsoleerd leven en tweemaal per jaar ontwormd worden, is het risico uiteraard veel kleiner.
Onderzoek heeft uitgewezen dat als gevolg hiervan openbare plaatsen zoals stadsparken waar veel honden komen, erg besmet kunnen zijn met ascariseieren.
Zeker bij thuiscomposteren zijn de omstandigheden onvoldoende om de afdoding van de zeer resistente ascariseieren te verzekeren. Niet composteren dus.Bij katten is toxoplasmose de grote potentiële boosdoener. Bij zwangere vrouwen kan dit tot abortus leiden, maar ook tot andere kwalen bij de foetus en volwassenen, zoals oogaandoeningen en aantasting van het centrale zenuwstelsel. Bij poezen komen ook (andere soorten) ascariswormen voor en deze kunnen dezelfde problemen geven als deze van bij de hond.
bron:
www.tuingrond.be