Ik heb het artikel even gedownload en een Nederlandse samenvatting/vertaling gemaakt. De bronvermelding van het artikel is:
Averyanov, L. V., Nguyen, K. S., Nguyen, T. H., Pham, T. V., & Lorphengsy, S. (2014).
Trachycarpus ravenii sp. nov.(Arecaceae, Corypheae) from central Laos. Nordic Journal of Botany.
Trachycarpus raveniiTrachycarpus is een soort Aziatische waaierpalmen, voorkomend van de Himalaya gebergtes tot in Oost-China en Indochina. De meest voorkomende soort is de
T. fortunei. Andere soorten hebben slechts een beperkt verspreidingsgebied, bijvoorbeeld in het Himalaya gebergte, waar vier soorten zijn beschreven:
T. latisectus,
T. martianus,
T. takil,
T. ukrulensis. Twee daarvan verspreiden zich tot in het oosten en staan bekend als endemisch in Zuidwest-China.:
T. nanus en
T. princeps. Een lokaal endemische soort kan gevonden worden in Noordwest-Thailand:
T. oreophilus. Een andere in Noord-Vietnam:
T. geminisectus. De nieuwe soort,
T. ravenii, verruimd het verspreidingsgebied van het geslacht in zuidelijke en zuid-oostelijke richting. Deze soort is gevonden in een zeer beperkt kalksteengebied in centraal Laos (Vientiane provincie). Dit is dus een geïsoleerde en extreem zuidelijke uitbreiding van het gebied waarin het geslacht
Trachycarpus voorkomt. Deze prachtige, koninklijke boom is vernoemd naar Prof. Peter H. Raven.
Trachycarpus ravenii Aver. & K.S. Nguyen sp. nov.Thong Mout , Kasi district, Vientiane
19°25′00.9″N, 102°08′38.0″E
Rotsachtige kalksteen, boomloze bergtoppen, 1700 meter boven zeeniveau
Mannelijk exemplaar (Foto van L. Averyanov)

Vrouwelijk exemplaar (Foto van L. Averyanov)
OmschrijvingLand: Centraal Laos
Hoogte: 1700 meter
Stamhoogte: ongeveer 6 meter
Stam nabij apex: kaal tot licht behaard
Bladeren: 18-25
Bladsteel lengte: 45-55cm
Blad: bijna cirkelvormig, plat
Blad doorsnee: 70-100cm
Onderkant blad: wasachtig blauw/wit
Aantal bladsegmenten 50-60
Blad segmenten: regelmatig gespleten
Bladlob breedte: 1,5-2cm
Bloei in maart tot juni, vruchtzetting in september tot oktober
Vergelijkbare soortenDe ontdekte soort verschilt duidelijk van alle andere omschreven
Trachycarpus soorten. Morfologisch lijkt de soort het meeste op drie soorten, voorkomend in Indochina:
T. geminisectus,
T. oreophilus, en
T. princeps. Verschilt van
T. geminisectus door een hoge kale stam, een groot aantal bladeren met onbeduidend kleine bladschedes en ocrea (tuitje), grote hastula, en smalle bladsegmenten. De nieuwe soort verschilt van
T. oreophilus en
T. princeps door een veel kleinere stam bij volwassen planten, een kale vaalgroene bladsteel, een bijna cirkelvormig blad met een wasachtige blauw/witte onderkant.
StatusEen aantal eerdere studies hebben aangetoond dat alle
Trachycarpus soorten, op
T. fortunei na, sterk met uitsterven worden bedreigd en bijna niet meer voorkomen in het wild. Het geschatte verspreidingsgebied van de
T. ravenii is minder van 100km2 groot met niet meer dan 100 waargenomen volwassen exemplaren. Daarom kan de soort bestempeld worden als ‘Critically Endangered’. Het opzetten van een beschermd gebied is daarom van belang.
Het habitat van de
Trachycarpus ravenii (Foto van N. S. Khang)
DiscussieTrachycarpus ravenii is een integraal inheems element van de uitzonderlijk rijke en zeer specifieke kalksteen omgeving op zeer steile rotsachtige bergtoppen, op 1600 tot 1800 meter boven zeeniveau, en waarschijnlijk hoger. De soort komt ook voor in andere plantomgevingen na aantasting van de bossen. Er zijn ook alleenstaande planten waargenomen in kleine groepjes van een paar bomen in ruime, vaak compleet ontboste, landschappen met gras en kleine struiken. De planten overleven dan alleen op rotsachtige stukken op het noorden waar schaduw en een hogere luchtvochtigheid is.
Trachycarpus ravenii is zonder twijfel een van de meeste mooie en majestueuze vertegenwoordigers van het geslacht. De grote, adellijke, blauw/witte bladeren maken deze plant zeer gewild voor in cultuur als sierplant. Het is de verwachting dat de plant goed groeit in tropische en sub-tropische landen met een droog ‘mediterraan’ klimaat. De natuurlijk droge winter zonder regen in zijn eigen habitat duurt van oktober/november tot mei. Temperaturen variëren hierin van 12-18°C, en tijdens de koudste nachten van januari kunnen temperaturen van 5°C of zelfs 0°C voorkomen. De zomer loopt van juni tot september en is heet (25-30°C) met hevige regenval. Begrijpen hoe de soort succesvol kan worden gehouden is een erg belangrijke stap in de bescherming ervan.